Deze website maakt gebruik van cookies. Waarom? Klik HIER voor meer informatie.
Sluit

Consumenten kunnen minder lenen


Flexibele doorlopende kredieten worden steeds vaker vervangen door persoonlijke leningen. Hiermee willen banken aan de oproep van de financiële sector voldoen. De Autoriteit Financiële markten (AFM) verzoekt om de leennormen aan te scherpen, om zo te voorkomen dat mensen in de financiële problemen raken.

MoneyView constateert in het Special Item Consumptief Krediet dat het aanbod van doorlopende kredieten al enkele jaren daalt. Zo waren er in 2009 nog 44 soorten doorlopende kredieten en 26 soorten persoonlijke leningen op de markt. Inmiddels zijn deze aantallen afgenomen naar (respectievelijk) 11 en 41.

Verschillen doorlopend krediet

Er zijn een aantal verschillen tussen de doorlopende kredieten en persoonlijke leningen. Zo is de doorlooptijd en de rente van een doorlopend krediet variabel en kun je het afgeloste bedrag opnieuw opnemen (tot het kredietlimiet). Persoonlijke leningen daarentegen hebben een vaste doorlooptijd, rente en aflossingsschema.

Veranderingen looptijd krediet

De flexibele doorlopende kredieten worden niet alleen minder verstrekt; in mei 2019 werd de maximale looptijd van het krediet aangepast naar 15 jaar. Verder kun je met een doorlopend krediet niet langer ‘oneindig’ geld opnemen, maar is de opnamemogelijkheid beperkt tot 12 of 36 maanden. Een aantal kredietverstrekkers (ABN AMRO, Findio, Interbank en BNP Paribas) hebben daarom besloten om helemaal geen doorlopende kredieten meer aan te bieden.

Gevolgen lenen consumenten

Onder andere huishoudens kunnen in 2020 minder geld lenen. De Vereniging van Financieringsondernemingen Nederland (VFN) heeft de leennormen flink aangescherpt. Daarmee wil de branchevereniging voorkomen dat huishoudens meer lenen dan verantwoord is. Door de aanscherping van de leennormen wordt er minder geld beschikbaar gesteld voor bijvoorbeeld het kopen van een auto of een verbouwing. In de nieuwe berekening van het maximale leenbedrag wordt rekening gehouden met hogere kosten voor levensonderhoud. Bij huizenbezitters wordt minder ruimte gelaten tussen de bruto en netto maandlast.