Deze website maakt gebruik van cookies. Waarom? Klik HIER voor meer informatie.
Sluit

Klant niet eens met betaling na aanvraag hypotheek zonder gewenst resultaat


Dat een negatieve BKR-registratie een succesvolle hypotheekaanvraag in de weg kan staan, is alom bekend. Een willekeurig echtpaar heeft dat twee jaar geleden ondervonden, toen hun hypotheekadviseur na verschillende aanvragen de hypotheek niet rond kreeg. Een andere adviseur kreeg dat wel voor elkaar. Het echtpaar is het niet eens met de rekening van de eerste adviseur, waarna geschillencommissie het Kifid zich over de zaak heeft gebogen.

Het betreffende echtpaar wilde een huis kopen, waarvoor het bod al was geaccepteerd. Tijdens de periode van financieringsvoorbehoud, meldde het stel zich bij de hypotheekadviseur. Deze adviseur dient tevergeefs enkele hypotheekaanvragen in bij diverse instanties, waaronder de ING. Vanwege een negatieve BKR-registratie, in verband met een slecht betalingsverleden op de vorige hypotheek, werden de aanvragen niet geaccepteerd.

Toch geaccepteerd

Een nieuwe adviseur, die het echtpaar inmiddels had ingeschakeld vanwege de afgewezen hypotheekaanvragen bij de eerste adviseur, diende ook een aanvraag in bij de ING. Deze aanvraag werd echter wel geaccepteerd. ING verklaarde in een e-mail aan de eerste adviseur dat deze ontwikkeling te maken heeft met het gegeven dat de betreffende acceptant (van de tweede aanvraag) niet de verplichte controles heeft uitgevoerd, waarbij de betalingsachterstanden aan het licht zouden zijn gekomen. Helaas is er eerder geen link gelegd met de beide aanvragen, voor dezelfde consument, maar door diverse intermediairs. ING biedt daarvoor haar excuses aan.

Inspanning in plaats van resultaat

Voor de gedane werkzaamheden stuurde de eerste adviseur het betreffende echtpaar ‘gewoon’ een factuur. Na tussenkomst van een incassobureau en een deurwaarder, betaalde het echtpaar wel, maar benaderde vervolgens ook het Kifid. De consument vindt dat de adviseur tekort is geschoten in zijn taak. Hij vordert daarom alle gemaakte kosten. De hypotheekadviseur geeft echter aan dat er sprake is geweest van een inspanningsverbintenis en geen resultaatverplichting.

Geen verwijten

Het Kifid oordeelde dat de eerste adviseur niets te verwijten viel. Volgens de geschillencommissie zegt de uitkomst bij adviseur twee niets over de bekwaamheid van adviseur een. Het ging om een interne fout bij de bank. Daarnaast is niet gebleken dat de adviseur op de hoogte was van de negatieve BKR-registratie, voordat de werkzaamheden werden aangevangen. De vorderingen werden afgewezen en de uitspraak is bindend.